Australië is echt een autoland. De afstanden zijn er groot en met het openbaar vervoer kom je, buiten de grote steden, bijna nergens. Daarom huren (of kopen) veel toeristen en backpackers een auto als ze Australië willen doorreizen. Maar waar moet je op letten als je gaat autorijden in Australië? Welke verkeersregels zijn anders dan in Nederland en hoe zorg je ervoor dat je veilig aan het verkeer deelneemt?
Het meest in het oog springende verschil tussen verkeer in Australië en dat in Nederland is dat er in Australië aan de linkerkant van de weg wordt gereden. Het gevolg daarvan is dat het stuur in je auto aan de rechterkant zit en je dus, als je een schakelauto rijdt, met je linkerhand moet schakelen. Dat zijn allemaal zaken waar je even aan moet wennen, maar in de praktijk valt dat voor bijna iedereen reuze mee.
Naast het feit dat je links moet rijden, zijn er nog enkele andere verkeersregels die je moet weten voordat je in Australië de weg opgaat. Als je bijvoorbeeld voorrangsregels verkeerd toepast, kan dat zomaar tot een ongeluk leiden. Wat zijn dan de afwijkende verkeersregels waar je op moet letten? We hebben de belangrijkste voor je op een rij gezet.
Rotondes. In veel steden in Australië kom je rotondes tegen. Uiteraard rij je deze linksom (dus met de klok mee) en geef je voorrang aan verkeer dat al op de rotonde rijdt. Het grote verschil zit ‘m echter in het richting aangeven. Zodra je in Australië echter een rotonde oprijdt, geef je richting aan: naar links als je linksaf (kwart rond) wilt en naar rechts als je rechtsaf (driekwart rond) wilt. Wil je rechtdoor op een rotonde? Dan geef je geen richting aan. Je verandert je richtingaanwijzer ook niet van rechts naar links als je driekwart op de rotonde gaat (zoals je in Nederland wel zou doen als je driekwart rond gaat).
Voorrang. Op verreweg de meeste kruispunten en T-splitsingen in Australië staat met borden of met strepen op de weg aangegeven wie er voorrang heeft. Vaak met voorrangsborden, soms met stopborden. Staat er niets aangegeven? Dan geldt dat doorgaand verkeer voorrang heeft. Nader je dus een T-splitsing, dan heb je voorrang als je op de doorgaande weg rijdt. Gelijkwaardige kruisingen (met vier wegen en zonder voorrangsborden/-strepen) komen in Australië nauwelijks voor. Kom je er toch één tegen, dan geldt dat rechtdoor gaand verkeer voorrang heeft boven verkeer dat afslaat. Gaan jij en een auto die van links of rechts komt allebei rechtdoor? Dan, en alleen dan, heeft rechts voorrang. Deze situatie komt echter maar heel zelden voor: wij hebben het in een jaar Australië nooit meegemaakt.
Linksaf slaan. Bij veel kruispunten en stoplichten in Australië mag je ‘gewoon’ linksaf slaan zonder op groen te hoeven wachten. In die gevallen is er een aparte rijstrook voor linksaf. Je moet dan wel voorrang verlenen aan al het andere verkeer dat groen heeft en dezelfde weg in wil rijden als jij. Maar is linksaf ‘vrij’? Dan kun je, als je een aparte strook hebt, het rode licht negeren en linksaf slaan. In de meeste gevallen staat dit ook aangegeven bij het kruispunt. Het idee hierachter is dat linksaf slaan (de korte afslag) redelijk veilig is en dat het de doorstroming bevordert als automobilisten hier niet op het stoplicht hoeven te wachten. Is er een speciaal stoplicht voor linksaf, dan moet je daar uiteraard wel op wachten.
Telefoongebruik. Australië is nóg strenger op telefoongebruik in de auto dan Nederland. Je mag je telefoon niet vasthouden of aanraken als je achter het stuur zit, ook niet als je stilstaat. Je moet je auto echt parkeren op een daarvoor bestemde plek voordat je je telefoon mag aanraken. In sommige staten is het zelfs verboden om handsfree te bellen achter het stuur. Het veiligst is dus om je telefoon gewoon niet te gebruiken tijdens het rijden, behalve voor navigatie.
Inhalen. Veel snelwegen in Australië hebben maar één rijstrook per rijrichting, vooral buiten de grote steden. Je kunt hier wel inhalen, maar alleen als dat mag (dus: geen doorgetrokken streep) en als je voldoende zicht in de verte hebt. Vind je dit spannend, dan kun je wachten tot een overtaking lane. Dat zijn kleine stukjes snelweg waar tijdelijk een tweede rijstrook is, zodat snel verkeer het trage verkeer kan inhalen. Ze zijn vaak een paar kilometer lang en worden van tevoren aangekondigd.
Road trains. Vooral in Western Australia, South Australia en het Northern Territory kun je road trains tegenkomen. Dit zijn grote vrachtwagencombinaties met soms wel vier opleggers, die in totaal meer dan zestig meter lang kunnen zijn. Ze rijden tot wel honderd kilometer per uur. Nader je een road train op de snelweg, dan is extra voorzichtigheid geboden:
Pas je bovenstaande regels toe, aangevuld met alle andere verkeersregels die je al in Nederland gewend bent, dan kun je veilig aan het Australische verkeer deelnemen. Goed om te weten is dat het verkeer in Australië over het algemeen prettig en rustig is. Het is, op grote steden als Melbourne en Sydney na, rustig op de weg en er zijn veel minder files. En zelfs in die grote steden kun je met de auto vaak behoorlijk snel van de ene naar de andere kant rijden.
Wat tot slot opvalt aan het verkeer in Australië, is dat lang niet alle auto’s de maximale snelheid rijden. Op veel wegen waar je 100 of 110 kilometer per uur mag rijden, rijden een hoop auto’s niet harder dan 80 of 90. Dit komt deels doordat het verkeer in Australië als geheel minder gehaast is dan in Europa, maar het komt ook doordat beginnende bestuurders (die nog niet zo lang hun rijbewijs hebben) nog niet de maximale snelheid mogen rijden. Daar komt nog bij dat er in Australië vaak wilde dieren, zoals kangoeroes, op de weg belanden. Dat gebeurt vooral rond zonsopkomst en zonsondergang. Het is dan sowieso verstandig om je snelheid te matigen, want voor je het weet, rijd je een dier aan!
Neem dus bedaard deel aan het verkeer en raak niet geïrriteerd als iemand 80 rijdt waar je 100 mag: waarschijnlijk mag deze persoon niet harder rijden of is er een andere goede reden om niet te hard te rijden.
Veel veilige kilometers in Australië toegewenst!